Honden in Argentinië
Miramar, 1125 km
In Argentinië zijn veel honden. Regelmatig rennen honden luid blaffend een eindje met je mee. Tot echte confrontaties is het (nog) niet gekomen. Uit voorzorg zijn zowel Lisette als ik ingeënd tegen rabiës. De mate waarin ze lastig zijn voor ons, fietsers, verschilt.
Zo maakt het uit of je honden in stedelijk gebied of op het platte land tegenkomt. Ook maakt het uit of het om grote of kleine honden gaat. Kleine honden lijken minder ’persoonlijkheid’ te hebben en lijken dat te moeten compenseren met imponeer gedrag, en imponeren doen ze door te blaffen. In stedelijk gebied zijn honden gewend om verjaagd te worden of om stenen naar hun hoofd te krijgen. Alleen het begin van een gooiende beweging kan genoeg zijn om de hond jankend op de vlucht te krijgen. Ik heb een hond doen omvallen van de schrik door een minimale beweging met mijn knie te maken.
In landelijk gebied bewaken de honden vooral het erf van hun baas. Grote honden hebben beter door dan kleine waar de grens tussen erf en openbaar gebied ligt.
Mijn strategie met lastige honden is om zelf meer ’persoonlijkheid’ te hebben dan de hond, zo doe ik altijd mijn zonnebril af en kijk de hond recht in de ogen om te laten blijken dat ik niet bang ben. Als redmiddel heb ik meestal nog een aantal stenen in mijn jas- of broekzak.
Tenslotte blijkt dat de honden in Argentinië niet zo slim zijn, langs de rand van de weg zien we veel doodgereden honden. Ik heb een hondje, die het nodig vond om naar mij te blaffen en mee te rennen, op vijf centimeter gemist zien worden door een passerende auto.